Training onder het zadel
Voor het welzijn en het plezier is een goede training onder het zadel van essentieel belang. Zowel ruiter als paard willen graag voldoening halen uit de training en voorkomen dat er stress situaties zich voordoen en blessures optreden. Of je nu recreatie ruiter bent of hoog in de sport wil presteren, de training heeft altijd een vaste basis. Welke discipline je ook beoefend, het eerste wat je wilt bereiken is een ontspannen paard wat goed over de rug loopt en aan de hulpen is. Deze fase wordt binnen EquiFocus de Gewenningsfase genoemd. De fase die hierop volgt is de Scholingsfase, tijdens deze fase kan er gericht getraind worden voor de richting die ruiter en paard samen in willen gaan. Hieronder meer over de 2 fases en de opbouw die het paard nodig heeft. Voor de specifieke training van de ruiter in het zadel:
Gewenningsfase
De Gewenningsfase is de fase waarin het paard moet leren ontspannen over de rug te lopen. Zeker jonge groene paarden starten altijd in deze fase en ook paarden met probleemgedrag of foutief aangeleerde rijtechniek. Daarnaast zal een hoog geschoold paard vaak de eerste minuten van de training (de warming-up) ook even in de gewenningsfase zitten alvorens verder te kunnen gaan naar de Scholingsfase (zeker op wedstrijd of ander terrein). Hoe vaker een paard leert de Gewenningsfase goed te doorlopen, hoe sneller het in de Scholingsfase belandt (ontspannen, over de rug en aan de hulpen). Een jong paard heeft vaak een hele training nodig om tot ontspanning te komen, terwijl een beleerd paard, bij een goede training, dit in enkele ogenblikken voor elkaar heeft. Ook verandering in situaties (ergens van schrikken, ander paard, ruiterfout), kunnen er tijdens de training voor zorgen dat je tussen de fases fluctueert. Waarom is het zo belangrijk om dit onderscheidt te maken tussen de 2 fases?
2 fases: 2 verschillende benaderingen
Het verschil tussen de Gewenningsfase en de Scholingsfase zit hem er met name in of het paard gespannen of ontspannen is. Een gespannen paard drukt zijn rug weg en moet anders bereden worden dan een paard wat ontspannen en goed over de rug loopt. Tijdens de gewenningsfase moet er veel meer gekeken worden naar wat het paard nodig heeft om tot ontspanning te komen. Ook een paard wat rustig oogt maar toch zijn rug weg drukt (en dus niet goed over de rug loopt) is gespannen en kan nooit fijn aan de hulpen zijn. Elk paard uit zijn spanning anders, de een zal letterlijk ontploffen terwijl de ander meer in zichzelf keert en de hulpen negeert. Te veel en te lang spanning is nooit goed. Als de rug daarbij belast wordt door de ruiter, is deze gespannen holle rug houding funest en leidt tot ongemak en blessures. Belangrijk is om te leren een paard zo snel mogelijk naar de ontspanning te kunnen rijden. Één van de pijlers hierin is de juiste buiging volgen en rijden van het paard. Als je leert wat je moet doen tijdens de Gewenningsfase zul je zien dat je veel sneller tot je beoogde doelen komt en op een fijne manier kunt trainen met je paard. Een grootmeester hierin is Chris Irwin, een Canadese trainer. Zijn toewijding ligt met name bij het leren rijden van de buiging van het paard en te zorgen voor een ontspannen combinatie.
Scholingsfase
Als het paard ontspannen over de rug loopt zit het in de Scholingsfase. Alleen als het paard ontspannen over de rug loopt is het ook daadwerkelijk aan de hulpen en kan je elk gewenste hulp en oefening vragen. De Scholingsfase voelt aan als in harmonie zijn met je paard. Deze fase is er (zeker in het begin) nog niet constant en vaak moet je schakelen tussen de 2 fases en dus ook in je manier van aanpak tijdens het rijden. Belangrijk is goed te leren voelen in welke fase je paard zit (voelt het paard gespannen of ontspannen, over de rug of is de rug weg gedrukt, taktmatig of onregelmatig, tegen de hand of nageeflijk, aan het been of niet?). Voordat je daadwerkelijk kan gaan trainen voor een specifieke discipline moet je het doorlopen van de Gewenningsfase beheersen. Een paard wat gespannen is kan je niet de juiste overgangen leren, verzameld gaan rijden of een sprong laten nemen. Dit geldt bijvoorbeeld ook voor simpele buitenritten rijden, in het belang van de veiligheid is het zeker noodzakelijk om de Gewennigsfase te beheersen en je paard zo snel mogelijk weer naar de ontspanning te kunnen rijden als het geschrokken is van iets in de omgeving.
Opbouw in training en revalidatie na blessure
Paarden zijn ware atleten, maar ook ontvankelijk voor blessures en overbelasting. Ook een simpele training of buitenrit kan al snel voor lichte overbelastingsklachten zorgen (spierpijn) en het is goed om na te gaan in welke fase van training en belasting je paard zit. Ga maar na, bij jezelf voel je wel wanneer je in de sportschool net iets meer gedaan hebt dan je gewend was, de volgende dag heb je spierpijn. Dan voer je die dag niet gelijk weer een zware training uit maar eerder een hersteltraining. Ook voor paarden is dit belangrijk en moet goed gekeken worden naar de opbouw en trainingsschema, zelfs op lager niveau in welke discipline dan ook! Bij revalidatie na een blessure is het helemaal belangrijk om een goed trainingsschema op te stellen. Er wordt o.a. gekeken naar intensiteit, duur, ondergrond, afwisseling, intervaltraining, grondwerkoefeningen, cavaletti training, surefootpads en training onder het zadel met en zonder hulpmiddelen etc.
Instructies vanuit Biomechanica
De instructies die worden gegeven tijdens de rijsessies zijn gebaseerd op biomechanica en psychologie van paard en ruiter. Deze kennis is verworven uit de Fysiotherapie, Chiropractie en opgedaan bij trainingen van verschillende trainers. Hieronder de belangrijkste trainers die de meeste input hebben gegeven:
Mary Wanless - Ride With Your Mind
Susanne Von Dietze - Balance in Movement